Binnen het THIEA-project geven we samen met verschillende partners vorm aan zogenaamde transitie-arena’s. Maar wat houdt dat precies in? Wat is een transitie-arena, en hoe krijgt dit concept vorm binnen uiteenlopende organisaties? Je leest het hier!
THIEA staat voor Trojan Horses In Ecosystems of Appreciation. Dit Europese project richt zich op het versterken van jongvolwassenen in hun overgang van school naar werk. Het doel? 'Trojaanse paarden' opleiden. Dat zijn pioniers die binnen hun organisaties inclusieve werkmethodes introduceren en zo duurzame verandering brengen.
Voor veel jongeren is de overgang van school naar werk moeilijk, en jongeren in een kwetsbare positie ondervinden hierbij vaak extra drempels. Zij hebben nood aan begeleiding en ondersteuning om deze stap succesvol te kunnen zetten. Of ze nu terechtkomen in een onderwijsinstelling, welzijnsorganisatie of een werkgerelateerde setting, de context speelt een cruciale rol. Organisaties zoals Fiola vzw, waar jobcoaches en individuele begeleiders jongeren opvolgen, of CVO Groeipunt in de onderwijscontext, nemen hierin een actieve positie in.
Elke jongere komt binnen dit traject terecht in de praktijk van een organisatie. Binnen die leeromgeving telt niet alleen het individuele begeleidingstraject, maar ook het bredere systeem: betrokken medewerkers, het ondersteuningsmodel, de invulling van coaching en begeleiding, én het omringende netwerk van de organisatie. Dat netwerk omvat bijvoorbeeld collega's, partnerorganisaties, toeleiders en leerwerkplekken.
Deze geïntegreerde praktijk noemen wij binnen het THIEA-project een transitie-arena: een context waarin jongeren leren, groeien en ondersteund worden tijdens hun traject naar duurzame tewerkstelling.
Elke partnerorganisatie werkt met dezelfde uitgangspunten, maar krijgt de ruimte om de transitie-arena af te stemmen op de eigen werking. Dit maakt het project bijzonder waardevol. Iedere arena is in feite een living lab waarin geëxperimenteerd wordt met begeleidingsvormen, coachingstrajecten en samenwerking binnen het netwerk.
In de onderwijscontext zien we dat onder meer CVO Groeipunt en CVO Miras transitie-arena’s vormgeven binnen hun trajectbegeleiding. Ze bieden aanvullende ondersteuning, bijvoorbeeld in de vorm van individuele coaching of kleine groepssessies, naast het vaste lesprogramma. Zo krijgen cursisten extra tools aangereikt om hun leertraject succesvol te doorlopen.
Binnen de welzijnscontext worden andere modellen verkend. Zo werken organisaties met intensieve individuele begeleidingstrajecten door jobcoaches of met groepsgerichte leertrajecten, waarbij jongeren samen hun talenten verkennen en toewerken naar een eigen, betekenisvol toekomstpad.
De betrokken partners zijn momenteel volop aan het ontwikkelen en verfijnen. Deze zoektocht gebeurt al doende, met ruimte voor reflectie en bijsturing. In september 2025, na de tweede train-the-trainer-sessie, gaan de organisaties officieel van start met hun uitgewerkte transitie-arena’s.
We kijken uit naar de eerste concrete resultaten van deze aanpak. Eén ding staat vast: wanneer jongeren sterker en beter ondersteund de stap naar werk zetten, heeft dat een positieve impact op henzelf én op de maatschappij als geheel.
THIEA is een Europees project dat zich richt op het versterken van jongvolwassenen in hun overgang van school naar werk. Maar niet alleen zij groeien - ook hun netwerk, onderwijs- en zorgpartners en werkplaatsen leren en ontwikkelen mee.
Wil je op de hoogte blijven van de ontwikkelingen binnen dit project? Schrijf je dan zeker in voor de nieuwsbrief!
In samenwerking met...